Het is een klassieker: eind augustus wint “onderwijs” aan belang en staan alle media bol van goede voornemens en beloften die het belang van onderwijs, school en dus ook de leerkrachten (*), onderstrepen. Binnen onderwijs weten we ondertussen al: over enkele weken is dat alles weer vergeten en hebben we weer “teveel vakantie”…
Wat niet zal vergeten worden, is het lerarentekort. Dat zal zichzelf niet oplossen en zal als jojo blijven opduiken. Leerkrachten (en bij uitbreiding alle onderwijspersoneelsleden) worden (zijn) een zeldzame soort. In een economisch denken, zou je dan stellen dat wat zeldzaam is, duurder betaald zou worden. Maar zo economisch zal je onderwijs vermoedelijk niet mogen benaderen.
In ecologische tijden zou je kunnen stellen dat bedreigde soorten bescherming verdienen en misschien moet die piste eens even bewandeld worden. Sta me toe…
Een belangrijke, zo niet dé belangrijkste, reden van het lerarentekort is zonder enige betwisting de tanende aantrekkelijkheid van het onderwijsambt. De leraren van vandaag worden belast met of betrokken bij zowat alle maatschappelijke problemen waar een samenleving geen blijf mee weet: kinderopvang, pesterijen, drugsproblematiek, behalen van je rijbewijs, klimaatopwarming, klusdagen, parochiale fondsenwerving, communievieringen,…. Terwijl de kerntaak van de school eigenlijk beperkt hoort te blijven tot het verstrekken van onderwijs, “onderwijzen” dus, lijkt iedereen (inclusief menig leerkracht) ervan overtuigd dat het totale brede spectrum van opvoeden tot onze opdracht behoort. Dat is dus niet zo!
De school is geen sociale instelling en geen opvoedingswinkel. De school is evenmin verantwoordelijk voor het brede algemeen welzijn van kinderen (of zelfs volledige gezinnen). De school is in eerste instantie een leer-omgeving waar kinderen les horen te krijgen. En de leerkracht is daarin de belangrijkste professionele spilfiguur. Net in die opdracht wordt de leerkracht vandaag bedreigd. Tijd dus voor beschermingsmaatregelen.
Arbeidscompensatie
Een onderwijsminister die is begaan met het lerarenambt moet het onderwijspersoneel in bescherming nemen (ja, sommigen ook tegen zichzelf). In tijden van besparing hoeft dat zelfs niet zo duur te zijn. Men zou al kunnen beginnen door op te lijsten waarvoor die pedagogisch gevormde professional niet meer mag worden ingezet: reftertoezicht, voor-en naschoolse opvang, fondsenwerving allerlei in kermiskraampjes of bij taartenverkoop, communiebegeleiding, klusdagen, buitenschoolse sportactiviteit… Het lijstje is ellenlang. En zijn er toch nog schoolprojecten waarvan de pedagogische meerwaarde (!) is aangetoond én waarvoor buiten de schooltijd extra inzet van onderwijspersoneel nodig is, moet die tijd kunnen gecompenseerd worden. Ook dat is helemaal niet zo duur. Je schenkt het onderwijspersoneel het recht hun “extra” inzet te compenseren met vrije dagen (we gebruiken daartoe de korte vervangingseenheden, lerarenplatform,…). Zo genereert de leerkracht een recht op ArBeidsCompensatiedagen (ABC dagen).
Het zal overigens niet zo lang duren alvorens “men” zich grondig zal bezinnen over de échte noodzakelijkheid van al die bijkomende opdrachten en initiatieven. Men zal ze veel minder snel afwentelen op het onderwijspersoneel want zij horen gecompenseerd te worden… Zo kunnen dan bijv. (meerdaagse)teamvergaderingen tijdens vakantie- of andere vrije dagen worden gecompenseerd of ze krijgen een her-oriëntering naar de werktijd… Of zijn misschien toch niet zo noodzakelijk…
Werkverlet voor schooloverleg
Daarnaast zou de overheid ook werk kunnen maken van officieel werkverlet voor ouders die een kind-overleg moeten volgen op school. Als een overleg over schoolse ontwikkeling tussen alle betrokkenen écht belangrijk is, kunnen ouders hiervoor dan werkverlet vragen. Zo is het niet langer het onderwijspersoneel dat voor-en naschools de eigen vrije tijd moet inleveren. De inspanning komt dan van ouders, logisch toch? Het gaat ook over hún kinderen.
Voorrang voor de échte onderwijsexperten
Als wij, het actieve onderwijspersoneel, opnieuw de eigen expertise claimen en, overtuigd van onze pedagogische professionaliteit, alle ballast uit onze scholen weren, kunnen we de ons toevertrouwde kinderen alle leer-kansen geven. We hebben dan helemaal geen nood aan zelfverklaarde onderwijsexperts die blijven beweren dat we te weinig werken, teveel verdienen of te vaak vakantie hebben. Het enige dat we nodig hebben, is de erkenning dat we als onderwijsprofessional alle kinderen kansen op een sterke toekomst geven. Die erkenning zullen we zelf moeten afdwingen. Te lang hebben we “ons” onderwijsveld gedeeld met zowat alles en iedereen.
Tijd om de schoolpoort na het belsignaal weer te sluiten en voorrang te geven aan onderwijs, onderwijzen en onderwijzers…
(*) met de omschrijving ‘leerkracht’ mogen alle onderwijsambten zich aangesproken voelen.
Recente reacties